Eerder stoppen met werken

Deze pagina is voor bedrijven. Bent u op zoek naar de subsidie voor sectoren? Klik hier.

Iedereen wil gezond en gemotiveerd aan het werk blijven tot aan het pensioen. Toch lukt dit niet altijd, bijvoorbeeld omdat het werk te zwaar is. Daarom is er tijdelijk subsidie beschikbaar om oudere mensen met zwaar werk eerder te laten stoppen. Dit wordt ook wel RVU of regeling voor vervroegd uittreden genoemd.

Eisen voor subsidie

Als een werkgever met een werknemer afspraken maakt over eerder stoppen met werken, dan kunnen de kosten hiervan in aanmerking komen voor 25% subsidie. Hiervoor gelden eisen.

  • In de bedrijfsanalyse is beschreven dat er sprake is van zwaar werk. Ook blijkt duidelijk welke groep(en) werknemers dit werk doen. En dat eerder stoppen met werken hiervoor een oplossing is.
  • Het aanbod om eerder te stoppen met werken vanwege zwaar werk, wordt alleen aan een duidelijk afgebakende groep werknemers gedaan.
  • De werknemers stoppen maximaal 3 jaar voordat ze hun AOW-leeftijd bereiken. Als de periode tot aan de AOW-leeftijd langer is, komen alleen de maandelijkse betalingen in de laatste drie jaren voor subsidie in aanmerking.
  • De werknemer stopt vrijwillig eerder met werken. De werknemer kan voor de beeindigde arbeidsovereenkomst geen beroep doen op een werkloosheidsuitkering.
  • De arbeidsovereenkomst wordt volledig beëindigd.
  • De werknemer die stopt ontvangt maandelijks de overeengekomen uitkering van de werkgever.
  • De maandelijkse betalingen aan de werknemers die stoppen, worden tot maximaal het fiscaal vrijgestelde bedrag gesubsidieerd. Dit is het bedrag in artikel 32ba, zevende lid, van de Wet op de loonbelasting. In 2023 is dit 2.037 euro bruto per maand en dus 24.444 euro bruto per jaar. In 2024 is dit 2.182 euro bruto per maand en 26.184 euro bruto per jaar. Als de maandelijkse betalingen hoger zijn dan het vrijgestelde bedrag, wordt alleen subsidie betaald over het vrijgestelde deel.

Meer informatie over het eerder stoppen met werken is te vinden in de Handreiking Uitvoering RVU’s.

Voor welke kosten subsidie?

U kunt alleen 25% subsidie krijgen voor het bedrag aan maandelijkse betalingen aan de ex-werknemer. Andere kosten, zoals administratie- en beheerkosten, komen niet voor subsidie in aanmerking.

Voor de kosten van de maandelijkse betalingen (RVU-kosten) die zijn gemaakt in de periode voorafgaand aan de subsidieaanvraag kan subsidie worden aangevraagd:

  • In april 2024 kan subsidie worden aangevraagd voor RVU-kosten die zijn gemaakt vanaf 1 december 2023. 
  • In september 2024 kan subsidie worden aangevraagd voor RVU-kosten die zijn gemaakt vanaf 1 mei 2024.

Let op: hierbij geldt dat de kosten alleen subsidiabel zijn voor de maandelijkse betalingen die nog doorlopen tot in de projectperiode. Als de overeenkomst voor eerder stoppen met werken is geëindigd voor de start van het project, zijn de eerdere maandelijkse betalingen dus niet subsidiabel.

Als een overeenkomst over eerder stoppen met werken qua looptijd over de einddatum van uw project gaat, dan ontvangt u ook subsidie over het resterende, nog niet uitbetaalde deel. Wel moet de eerste maandelijkse uitbetaling hebben plaatsgevonden voor de einddatum van uw project.

Denk na over risico voor de werknemer

Een werknemer die gebruik maakt van de mogelijkheid om eerder te stoppen met werken, is meestal voor zijn levensonderhoud afhankelijk van de maandelijkse uitkering van de werkgever. Als deze uitkering wegvalt, omdat de voormalige werkgever dit niet meer kan betalen, kan de werknemer in financiële problemen komen. De werknemer heeft namelijk slechts beperkt aanspraak op sociale voorzieningen. Hij kan geen aanspraak maken op een WW-uitkering. Ook is terugvallen op de bijstandsuitkering niet altijd mogelijk. Kortom: denk als werkgever na over de financiële gezondheid van uw onderneming op de middellange termijn, voordat u een werknemer de mogelijkheid biedt eerder te stoppen met werken.

Hoe kan een werkgever ervoor zorgen dat het financiële risico voor de werknemer zoveel mogelijk wordt weggenomen? Door de uitbetaling tot aan het pensioen van de werknemer goed te regelen. De meeste zekerheid bied je als werkgever door het totale benodigde bedrag voor de maandelijkse uitkeringen vooraf over te maken aan een solide derde partij. Een partij die de maandelijkse betalingen aan de werknemer gaat verzorgen. Zo’n derde partij kan een salarisadministratiekantoor zijn of een organisatie als WWplus.
Zo weet u zeker dat u het goed heeft geregeld en de maandelijkse uitkeringen kunt garanderen. Ook in geval van onvoorziene omstandigheden, zoals liquiditeitsproblemen of faillissement. 

Wilt u meer weten over de risico’s en de maatregelen die u als werkgever kunt treffen? Kijk dan in de Handreiking RVU.