Overzicht aanvraagcriteria

Aanvragers

Subsidie kan aangevraagd worden door:

a. een O&O-fonds; Zie Artikel 1a van de subsidieregeling voor de definitie van een O&O fonds.

b. een werkgeversorganisatie, een werknemersorganisatie of een gemeente mits zij deel uitmaken van een samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband bestaat ten minste uit een werknemersorganisatie en een werkgeversorganisatie. In plaats van de werkgeversorganisatie kunnen ook twee arbeidsorganisaties deelnemen die zijn aangesloten bij een werkgeversorganisatie.

Thema’s en producten

Projecten moeten gericht zijn op een of meerdere van de volgende thema’s:

  1. het bevorderen van gezond, veilig en vitaal werken, waaronder veilig werken met stoffen, gelijke kansen en non-discriminatie, het voorkomen van werkstress en burn-out;
  2. het bevorderen van een leven lang ontwikkelen, goed werkgeverschap en goed opdrachtgeverschap, betrokkenheid van werkenden en employability, waaronder een leercultuur en skills strategy;
    of
  3. het stimuleren van arbeidsmobiliteit van werkenden, waaronder regionale en intersectorale arbeidsmobiliteit.

Activiteiten die binnen bovenstaande thema’s kunnen worden uitgevoerd zijn:

A. activiteiten ter ontwikkeling van de volgende producten:

  1. een rapport van een onderzoek naar, of analyse van de stand van zaken binnen de sector of arbeidsmarktregio;
  2. een beleidsplan met concrete en haalbare doelstellingen;
  3. een communicatie- of voorlichtingsplan, gericht op bewustwording of op implementatie;
  4. een plan voor effectieve monitoring van de activiteiten op het gebied van duurzame inzetbaarheid;
  5. activiteiten op maat voor individuele arbeidsorganisaties.

B. activiteiten ter uitvoering van de volgende producten:

  1. een pilot of meerdere pilots, waarin sociaal innovatieve instrumenten, methoden en werkwijzen zijn getest;
  2. voorlichtingsactiviteiten of communicatieactiviteiten;
  3. een beleidsplan;
  4. een plan voor effectieve monitoring van de activiteiten op het gebied van duurzame inzetbaarheid.
  5. activiteiten op maat voor individuele arbeidsorganisaties.

Het project dient minimaal een activiteit ter uitvoering van een product als bedoeld onder B te bevatten. Bekijk voor ideeën en handvatten om uw plan vorm te geven ook de Menukaart ESF subsidieregeling Duurzame Inzetbaarheid regio's en sectoren.

Subsidiabele kosten

De onderstaande kosten zijn subsidiabel voor zover zij betrekking hebben op de hierboven genoemde activiteiten:

  • De directe loonkosten van bij de uitvoering van het project betrokken personeel. Het individuele uurtarief wordt berekend  op basis van het brutoloon, vermeerderd met een opslag van 32% van het brutoloon, waarbij het aantal werkbare uren per jaar is gesteld op 1.720 bij een voltijds dienstverband.
  • Bovenop de directe loonkosten wordt een flatrate van 15% berekend voor indirecte kosten, waaronder de kosten van administratie en beheer.
  • Externe kosten.
  • Voor de berekening van de subsidie wordt het uurtarief van externe adviseurs bepaald op maximaal € 100 exclusief btw, tenzij de subsidieontvanger de marktconformiteit van het door hem gehanteerde hogere uurtarief aantoont met een offerteprocedure.

Niet subsidiabel zijn:

  • In rekening gebrachte btw. Dit geldt ook voor niet btw-plichtige organisaties.
  • Loonverletkosten van projectdeelnemers, bijvoorbeeld wanneer zij deelnemen aan scholingsactiviteiten, cursussen en trainingen.
  • Onredelijk gemaakte kosten. Dit houdt in dat de kosten in verhouding moeten staan tot de prestaties en marktconform moeten zijn.

Tevens komen de volgende activiteiten niet voor subsidie in aanmerking:

  • Activiteiten die plaatsvinden in het kader van een wettelijke verplichting.
  • Activiteiten op het gebied van procesverbetering en technische innovaties.
  • Activiteiten die zijn gericht op kwalificerende of bedrijfsspecifieke scholing.

Aanvraagperiode en hoogte subsidie

De aanvraagperiode loopt van 1 oktober 2018, 09.00 uur, tot en met 26 oktober 2018, 17.00 uur.
Voor het thema Duurzame Inzetbaarheid regio’s en sectoren is in dit tijdvlak maximaal € 25.000.000,- beschikbaar. De subsidiabele kosten bedragen maximaal € 1.000.000, in een samenwerkingsverband met meerdere O&O-fondsen kan dit oplopen tot maximaal drie keer dat bedrag. De subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten.