Transportbedrijf St vd Brink: onderzoek naar werken met rolcontainers
Hart voor mensen, passie voor transport. Dat is het motto van transportbedrijf St vd Brink. Het was daarom niet meer dan logisch om mee te doen aan onderzoek om het werken met rolcontainers minder belastend te maken. Want dat het werken met rolcontainers van soms wel 400 kilo zwaar kan zijn, staat als een paal boven water.
St vd Brink is een familiebedrijf dat in 1945 begon als een eenmanszaak met een paard en wagen, en nu is uitgegroeid tot een groot transportbedrijf met 450 voertuigen en 750 medewerkers. De vrachtwagens zijn te vinden op alle Nederlandse wegen, vooral boven de rivieren. Het bedrijf heeft een heel divers klantenbestand, van bedrijven in de bouw, de horeca en retail tot boerenbedrijven.
Opleiden zit in ons DNA
Directeur Gerrit Jan Mulder is trots op zijn mensen. Binnen zijn bedrijf is veel aandacht voor duurzame inzetbaarheid en persoonlijke ontwikkeling van medewerkers. Het bedrijf bestaat inmiddels meer dan 75 jaar met nu de derde generatie vd Brink aan het stuur. Maar met de groei is het familiegevoel niet verdwenen. Zo is er nog ieder jaar de familiedag.
"Opleiden zit in ons DNA", vertelt Robert van den Brink, manager van de opleidingsacademie van St vd Brink. "Binnen St vd Brink vinden we opleiden en ontwikkelen ontzettend belangrijk. Daarom hebben we onze eigen opleidingsacademie. Zo zorgen we dat iedere werknemer zich in zijn hele loopbaan kan blijven ontwikkelen." Het bedrijf investeert met het ‘Fit en fluitend programma’, in de veiligheid, gezondheid en het vertrouwen van medewerkers. Ook zijn er uitgebreide coachingsmogelijkheden. "De verplichte nascholing van de vrachtwagenchauffeurs doen we ook zelf. In onze eigen opleidingsacademie in Ermelo." Tot slot biedt St vd Brink veel ruimte voor BBL-trajecten. BBL-leerlingen kunnen meedraaien op verschillende afdelingen binnen het bedrijf. Ook leidt het bedrijf zij-instromers op. Zij leren het vak van een mentorchauffeur. Een aanpak die zijn vruchten afwerpt: het bedrijf is dit jaar verkozen tot ‘Beste leerbedrijf Transport en Logistiek’.
Werken met rolcontainers zwaar voor chauffeurs
Bij St vd Brink werken natuurlijk veel chauffeurs. Het laden en lossen van vracht is fysiek belastend. Hier worden rolcontainers voor gebruikt en die hebben soms een lading tot wel 400 kilo. Het duwen, trekken en manoeuvreren van rolcontainers vraagt dan ook veel van de knieën, armen en schouders. En als een rolcontainer dan ook nog slechte wielen heeft, of de ondergrond hobbelig is, wordt het werk extra belastend. Tel daarbij op dat een groot deel van het werk buiten kantooruren plaatsvindt; het werk in de transportsector gaat namelijk 24 uur per dag, 7 dagen in de week door. Ondertussen stijgt de gemiddelde leeftijd van chauffeurs, terwijl de fysieke belastbaarheid van de oudere werknemers lager is dan die van jongere medewerkers. Toen er vanuit het sectorinstituut Transport en Logistiek (STL) de vraag kwam om mee te werken aan onderzoek naar het minder belastend maken van het werken met rolcontainers, hoefde directeur Gerrit Jan Mulder niet lang na te denken: "Doen!"
Verminderen fysieke belasting bij het werken met rolcontainers complex
STL heeft subsidie ontvangen van het ministerie van SZW om onderzoek te doen naar de fysieke belasting van het werken met rolcontainers. St vd Brink werkte mee aan dit onderzoek, onder andere via en duw- en trekmetingen met rolcontainers, en door deelname aan ronde tafelsessies. De belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat er niet een ‘quick fix’ is, volgens Karin Schoneveld, manager Marketing en Innovatie bij STL. "Niet alleen de kwaliteit en het onderhoud van de rolcontainers is van invloed. Ook de techniek waarmee de chauffeur de rolcontainer trekt. En dan is er ook nog de inrichting van de publieke ruimte: laad- en losplaatsen zijn vaak ver weg. Of de straatstenen zijn onhandig waardoor de rolcontainer blijft steken. Een belemmering is ook dat sommige hulpmiddelen, zoals de Movexx (elektrische trekhulp), er wel zijn, maar niet gebruikt worden. Bijvoorbeeld omdat het dan meer tijd kost voor de chauffeur. Een ander knelpunt is dat een rolcontainer meestal door meerdere partijen wordt gebruikt. Daardoor is onduidelijk wie verantwoordelijk is voor de kwaliteit en het onderhoud van de rolcontainer."
Om dit op te lossen zijn er afspraken in de hele keten nodig. Bijvoorbeeld over het onderhoud van de rolcontainers en over de laad- en losplaatsen. En daar gaat STL nu eerst mee aan de slag. Er moet volgens Karin gedacht worden in kleine stapjes. Sommige afspraken kunnen tussen de transporteur en de klant gemaakt worden. Voor de meeste afspraken is echter medewerking vanuit de hele sector of ketenpartners nodig. Verder gaat de sector verder met het stimuleren van de aanschaf en het gebruik van hulpmiddelen. Karin: "Het werken met rolcontainers is niet meteen minder zwaar geworden. Maar dankzij de inzichten uit het onderzoek kunnen we nu wel vervolgstappen zetten om het minder zwaar te maken."